Iedereen heeft ze dagelijks in de handen: deksels en doppen van voedingsmiddelen als pindakaas en mayonaise. Waar worden deze deksels en doppen gemaakt? Bij Kornelis Caps & Closures. Het bedrijf uit Steenwijk maakt deksels en doppen voor de voedingsmiddelenindustrie. Per dag maken ze meer dan een miljoen deksels en doppen. Om aan deze aantallen te komen, durft het bedrijf grote stappen te zetten in digitalisering en duurzaamheid.  

Van bakeliet naar kunststoffen 

In 1936 werd Jelte Kornelis directeur van een fabriek in Steenwijk waar hout verwerkt werd. Jelte bleef zitten met houtafval en onderzocht wat er nog mee gedaan kon worden. Een chemisch stofje Tanine eruit halen? De Belgen waren daar veel beter in en na een mislukt avontuur liet hij dat idee gaan. Vrij vlot kwam het patent op bakeliet, de allereerste synthetische plastic van meneer Baekeland vrij. Als je bakeliet pakt met zaagmeel, het afval van hout, maak je bakeliet veel sterker. Van dit materiaal maakte Jelte verschillende producten. Na de Tweede Wereldoorlog kwamen er ook andere kunststoffen beschikbaar. Vanaf dat moment kwam er een verandering van bakeliet naar thermoplasten, tegenwoordig kunststoffen, die men kan recyclen.   

Het verschil tussen een deksel en dop 

In de jaren 60 produceerde het bedrijf steeds meer kunststof flessen en doppen. Flessen maakten ze tot de jaren 90. Daarna lag de focus volledig op deksels en doppen. Het verschil tussen een deksel en een dop? Een dop is kleiner dan een deksel. Voor mensen buiten Nederland was het moeilijk om het verschil te begrijpen tussen een deksel en een dop. De markt werd steeds groter en het bereik van klanten ging de grens over. Dat maakte dat ze de bedrijfsnaam verengelsten naar Kornelis Caps & Closures. Caps staat voor deksels en doppen en closures zegt meer over de manier van afsluiten. Een pak sluit je bijvoorbeeld af met een clip.  

Met minder mensen dezelfde productieaantallen halen 

Innovatie is de drijvende kracht van het bedrijf, waar zie je dat in terug? We gaan in gesprek met Ytsen de Boer, technisch projectleider bij de deksels en doppen leverancier. ‘Innovatie binnen Kornelis Caps & Closures zie je deels terug in waar het bedrijf in investeert. Als je naar Nederland kijkt, zie je het aantal jongeren afnemen en de vergrijzing toenemen. Daar ontstaat een probleem. We denken na hoe we met minder mensen dezelfde productieaantallen halen. Hoe ga je je fabriek inrichten? Willen we groeien in business? Als bedrijf mag je blij zijn als je stabiel blijft in je productieaantallen. Als je toch wilt groeien, moet je je fabriek automatiseren. We kijken goed naar wat we willen automatiseren en hoe we dit willen doen’, vertelt Ytsen. 

 

Pionieren om te verduurzamen 

Duurzaamheid speelt ook een belangrijke rol binnen Kornelis Caps & Closures. De kunststofverwerkingsindustrie is energie-intensief. ‘We gebruiken veel stroom. Kunststof verwarm je eerst. Zodra het smelt, kun je het in vorm brengen en daarna koel je het af. Zowel smelten als koelen, kost veel elektrische stroom. We denken goed na hoe we dit proces kunnen verduurzamen. We willen met hetzelfde resultaat minder stroom gebruiken aan de voor- en achterkant’, legt Ytsen uit.  

Ytsen: ‘Om deksels en doppen af te koelen, gebruiken we koelwater. In Steenwijk ligt een zandwinningsplaats met onderin water met een tempratuur van 10 graden. Hoe mooi zou het zijn als je in een gesloten systeem dit kunt gaan toepassen in plaats van zelf met koelunits voor koud water zorgen. Dat is een voorbeeld van een stap dat een gemiddeld bedrijf niet durft te zetten en dat maakt ons als bedrijf een pionier. Daarnaast hebben we ook al verschillende elektrische spuitgietmachines. Dat scheelt de helft aan energie, omdat je niet meer werkt met olie. Op dit moment is meer dan de helft van onze spuitgietmachines elektrisch. Het is haalbaar om in 2030 alle spuitgietmachines elektrisch te maken en ons duurzame doel te halen.’  

Informatiestromen digitaliseren met tablets 

In 2016 bouwde het bedrijf een nieuwe fabriek. In de fabriek werd de infrastructuur aangepast op de eisen van de industrie 4.0. ‘Al snel begonnen we met digitaliseren. We wilden onze informatiestromen beter bedienen, zodat de medewerkers goed weten wat ze moeten doen. Vanaf 2018 regelden we dit met het MES-systeem (informatiesysteem). Het systeem zorgt dat de opdracht van de klant naar de machine en medewerker gaat. Elke medewerker beschikt over een tablet waarop staat wat de medewerker met de machine moet doen om de opdracht uit te voeren en hoe het MES-systeem de medewerkers helpt, vertelt Ytsen.  

Digitaliseringsstappen delen met alle afdelingen 

‘We vonden het goed om te achterhalen hoe we er op het gebied van digitalisering voorstaan. Ik kwam in aanraking met het Smart Industry EDIH-assessment van BOOST. BOOST verwees mij door naar Kennispoort Regio Zwolle. Ik kwam in contact met Ilona Koomen, innovatieadviseur met focus op Smart Industry en Martijn Drost, adviseur vernieuwend ondernemen en internationalisering bij Kennispoort. Tijdens het assessment pakten wij het anders aan dan andere maakbedrijven. Normaal nemen er ongeveer drie medewerkers deel aan de assessments. Wij lopen ver vooruit met digitaliseren. Ik vind het belangrijk dat we meer delen over onze digitaliseringsstappen. Daarom nodigde ik alle afdelingen uit aan tafel, zoals research & development, logistiek, supply chain en de technische dienst van de productie.’ 

Uit de scan kwam naar voren waar het bedrijf staat en waar groeimogelijkheden zitten. ‘We digitaliseren en verduurzamen, maar dit kunnen we meer opnemen in onze manier van werken. We gaan onze visie en strategie voor de komende vijf jaar meer inzetten op deze onderdelen dan alleen op het economische onderdeel. Digitaliseren en verduurzamen mag nog meer binnen de organisatie leven. Dat was ook de opbrengst uit de assessments’, geeft Ytsen aan.   

Fabrieken bouwen met begrijpelijke technologie 

Als Ytsen naar de toekomst kijkt, hoopt hij dat de maakindustrie fabrieken bouwt waarin ze begrijpelijke technologie toepassen. ‘Mensbeschikbaarheid blijft daarin ook belangrijk. Het tekort van mensen leidt vaak tot minder goed gekwalificeerde mensen. De technologie in fabrieken mag daardoor niet moeilijker worden, maar moet ondersteunend zijn. ChatGPT is ook een hulpmiddel en noemen we ook wel co-pilot. Als je iets gelijksoortigs als ChatGPT kan bouwen om de minder ervaren mensen te ondersteunen, kan deze co-pilot vragen over machine, proces of logistiek beantwoorden.’ 

Wil jij ook aan de slag met digitaliseren?

Heb je net als Ytsen interesse in een EDIH-assessment? Neem dan contact op met Kennispoort! Vul hier het contactformulier in, dan nemen wij zo snel mogelijk contact met je op.

EDIH Boost Robotics

EDIH Boost Robotics ondersteunt bedrijven uit Gelderland en Overijssel bij het verbeteren van bedrijfs/productieprocessen, producten of diensten met behulp van digitale technologieën. EDIH wordt medegefinancierd door de Europese Unie.

 

 

Evenementen, cases en nieuws

We nemen graag contact met je op

Laat hieronder je gegevens achter en wij bellen je terug

  • Velden met een * zijn verplicht om in te vullen.